- Het reactievermogen (faalangst omzetten in effectief handelen)
- Het vermogen te leren omgaan met lichamelijke kwaliteiten en beperkingen (motoriek/beweging)
- Het vermogen grenzen te leren kennen, accepteren en verleggen
- Het vermogen tot samenwerken (opbouwen van een relatie)
- Het zorgdragen voor het lichamelijke en psychische welbevinden van jezelf en het paard (invoelingsvermogen) (verrijking van gevoel)
